Van jachtgebied en waterwinning tot natuur
Oranjezon dankt haar naam aan één van de oorspronkelijke eigenaars: de graven van Nassau, later prinsen van Nassau.
Het duingebied werd vanaf de middeleeuwen tot 1760 verpacht als konijnenwarande: van de konijnenvellen werden onder andere hoeden gemaakt, die hun weg tot in Parijs vonden. Tussen duinen en polders werd bos aangeplant: het Oranjebosch, ook wel Princenbosch genaamd. De rest van het gebied was in gebruik als weidegrond voor vee (vroon).
Waterwinning
Rond 1850 haalden inwoners van Walcheren hun drinkwater uit welputten en regentonnen. Ziektes als pokken, cholera en tyfus kwamen doordoor veel voor. In 1889 kocht gemeente Middelburg een deel van Oranjezon om er schoon drinkwater te winnen. Via de waterwinkanalen, die je nu nog ziet liggen, werd schoon water gewonnen en via een leiding naar Middelburg vervoerd.
Waar nu de entree ligt, stond in de 20e eeuw nog een stoomgemaal. De waterwinning is in 1995 gestopt. In geval van nood kan deze snel worden opgestart. Verscholen onder het duin bij de entree ligt nu een ‘opjager’, om de waterdruk in de leidingen op peil te houden.
Aardkundige bijzonderheden
In Oranjezon kun je zien hoe duinen op natuurlijke wijze ontstaan en veranderen. Vanaf het strand waait zand naar de duinvoet. Achter kleine obstakels als schelpjes of toefjes begroeiing blijft het stuivende zand liggen. Zo groeit er langzaam een duin uit. Dat vervolgens aangroeit, wegspoelt of zich door verstuiving verplaatst. In Oranjezon zijn vele stadia van duinvorming te zien; dat maakt het tot een Aardkundig Monument.
Oranjezon tijdens Tweede Wereldoorlog
In de duinen vind je nog veel restanten uit de Tweede Wereldoorlog. Zo werden er mijnenvelden aangelegd om de Duitse stellingen te beschermen en deze werden gemarkeerd met betonnen paaltjes. Deze karakteristieke paaltjes zie je nog overal terug. Ook kom je her en der nog kleine bakstenen bunkers tegen die dienst deden als verblijfsplaats voor de manschappen die de verdedigingsstellingen bemanden. In het naaldbos staat langs de bomenroute nog een intacte schuttersput en in het westelijke deel loopt nog een oude spoorlijn die werd gebruikt bij de aanleg en bevoorrading van de verdedigingstelling.