Op 18 januari 2022 zijn de eerste prefab delen van het nieuwe veldstation in Grenspark Groot Saeftinghe aangeleverd. Het veldstation krijgt hierdoor steeds meer vorm. Dit veldstation komt in de plaats van het oude zomerverblijf, dat niet meer te herstellen was. Het veldstation wordt gebouwd op een unieke locatie in één van de grootste brakwaterschorren van Europa.

Door de komst van het nieuwe veldstation kan onderzoek van Stichting Het Zeeuwse Landschap en onderzoekspartners in Het Verdronken Land van Saeftinghe doorgaan. Vanuit deze locatie kunnen verschillende monitorings- en onderzoeksactiviteiten blijven plaatsvinden en worden nieuwe opgestart. Dat is belangrijk voor het in kaart brengen en behouden van de biodiversiteit in Saeftinghe. Ook leveren de verzamelde data een belangrijke bijdrage aan internationale kennis over de waarde van het getijdengebied, schorvorming en trekvogels.

Activiteiten

Het veldstation zal primair gebruikt worden als onderzoeksstation voor Stichting Het Zeeuwse Landschap. De onderzoekers doen vooral onderzoek op het gebied van ecologie, archeologie en morfologie. Daarnaast kunnen vogelringers hier aan de slag. Als vogelringlocatie is het veldstation een belangrijke schakel binnen een netwerk van Europese ringstations vanwege de vogeltrek die Saeftinghe passeert. Ook wordt het veldstation gebruikt als locatie voor de monitoring van (broed)vogels. Deze inzichten zijn van belang bij het beheer van Saeftinghe.

Het veldstation biedt verder mogelijkheden voor beperkte excursies en publieksactiviteiten in de unieke omgeving. De excursies “Naar de Noord”, die Het Zeeuwse Landschap op beperkte schaal organiseert, zullen hier starten. Vanwege de beperkingen vanuit de natuurwet en -regelgeving is het aantal excursies gelimiteerd. Ook zijn er ideeën voor een open dag rondom het vogelringen.

Artist impression veldstation Saeftinghe

Natuurlijk ontwerp

In het ontwerp van het veldstation is rekening gehouden met de natuurlijke omgeving. De gevels worden voorzien van riet, leemhoudend oeverzand, breuksteen en gestapelde graszoden uit de streek. Deze natuurlijke gevels voorzien insecten zoals bijen, spinnen en vlinders in hun levensbehoeften. Het dak wordt beplant met muurpeper, een plantje dat van oudsher in de omgeving voorkomt.

Duurzame bouwmaterialen

Bij het selecteren van de bouwmaterialen voor het veldstation is er vanuit een circulaire gedachtegang gewerkt. Een groot deel van het hout is gebruikt bij eerdere Zeeuwse bouwprojecten. De palen die als fundering gebruikt worden, zijn eerder gebruikt bij de Weugkade in Vlissingen. Daarnaast zijn de kozijnen gemaakt van hout van een voormalige duintrap in Westkapelle en steigers bij het Arnekanaal. En het hout van een voormalige duintrap binnen de gemeente Veere is hergebruikt in de vloer en de trap.



Bouwen zonder impact

Om de ecologische impact van de werkzaamheden te beperken, is ervoor gekozen om buiten het vogelbroedseizoen te bouwen. Verder hebben de ecologen van Stichting Het Zeeuwse Landschap vooraf onderzocht waar de zeldzame schorviltbij en de schorzijdebij nestelen in de omgeving zodat deze ook tijdens de bouw van het veldstation beschermd worden.

Om de verstoring van de omgeving verder te verkleinen, wordt met prefab onderdelen gewerkt. Dit zorgt voor een aanzienlijk kortere bouwtijd op locatie en minder bouwtransport door het gebied. De bouwmaterialen zijn van duurzame herkomst. Zo worden onder andere hergebruikte hardhoutenpalen gebruikt en worden de gevels voorzien van cassettes met natuurlijke materialen. Het veldstation is naar verwachting in eind 2022 klaar.

Partners

Het veldstation komt voort uit een samenwerking tussen Provincie Zeeland, Grenspark Groot Saeftinghe, Stichting Het Zeeuwse Landschap, Van Hese Infra en RO&AD Architecten. De bouw van het veldstation wordt mede mogelijk gemaakt door Interreg 2 Seas Mers Zeeën Polder2C’s en een bijdrage van de Nationale Postcode Loterij.

Over Interreg 2 Seas Mers Zeeën Polder2C’s

Polder2C’s ontvangt een bijdrage van 3,9 miljoen euro uit het Europese Interreg 2 Zeeën programma 2014-2020, mede gefinancierd door het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling in het kader van subsidiecontract No [2S07-023]. Meer informatie vind je op www.interreg2seas.eu.